Previously begun on Erato, Koopman's cantata cycle was taken over and completed in 2007 on Challenge Classics. It now looks set to surpass the famous Leonhardt-Harnoncourt set on Teldec (and indeed most of his other competitors).

Koopman favours an intimate approach to the choruses - namely one voice to a part. Also, he opts for females soloists rather than boys, as would have been the case in Bach's day, and he favours mixed rather than solely male choirs. For many this will be a plus point, and it is good news for fans of Barbara Schlick. He goes for slightly higher than normal pitch - a semi-tone above present day pitch, which, as Christopher Wolff's notes point out, is what Bach used in Mühlhausen and Weimar, brightening the sonority quite a lot.

The singing in virtually all the cantatas is pretty impressive and the instrumental playing is of a very high order.

"Koopman's directing vitality keeps the music spontaneously alive, with no sense of over-refinement or scholarly rectitude; the recording is first class, and the documentation could hardly be more informative. In short, this is a more enjoyable and rewarding seriesthat will give much satisfaction" - Penguin Guide to Recorded Classical Music, 2008.

Deel 11 uit de serie Bach Cantates opgenomen door Ton Koopman
Op dit album met Cantates van Bach is goed te horen dat Ton Koopman zijn koren graag intiem laat klinken, door één stem tegelijk te laten horen. In de tijd van Bach was het gebruikelijk dat jongens voor een deel de solo's zongen. Koopman kiest ervoor om vrouwelijke solisten en gemengde koren te laten optreden. De zang in de cantates is indrukwekkend en het instrumentale spel is van een zeer hoog niveau.

Tussen 1994 en 2004 nam dirigent Ton Koopman de enorme taak op zich om alle cantates, gecomponeerd door Johann Sebastian Bach, op te nemen met zijn Amsterdam Baroque Orchestra & Choir. Tijdens zijn leven schreef Bach vermoedelijk 295 cantates, waarvan er 202 bewaard zijn gebleven. Het overgrote deel van deze cantates kwam tot stand in de jaren 1723-1725 in de tijd dat Bach in Leipzig verbleef. Althans volgens biograaf Christoph Wolff, met wie Ton Koopman samenwerkte aan het enorme Bach-project.

Bach schreef de meeste cantates als muzikale omlijsting van de zondagse kerkdienst. De cantates sloten inhoudelijk aan bij de lezingen en de preek van die zondag of kerkelijke feestdag. Het was dus functionele gebruiksmuziek, maar van een hoog muzikaal niveau. Vaak beginnen de cantates met een uitgebreid openingskoor, gevolgd door enkele aria's en recitatieven (vertellende stukken, zonder tekstherhalingen).

Koopman heeft, zoals gezegd, alle bewaarde 202 cantates opgenomen. Zijn verzameling is onderverdeeld in 22 delen. Musicologen verdelen Bach's enorme cantateproductie over 5 cantatejaargangen. Een cantatejaargang of cantate-jaarcyclus bestaat uit een groep van bij elkaar horende cantates, geschreven voor de kerkdiensten van één kerkelijk jaar.